Vandaag zijn we terug naar het informatiecentrum gereden in Invercargill, om te zien wat de weeromstandigheden op Steward Island zijn voor de komende dagen. Deze waren verrassend positief: opklaringen en zon, met af en toe een buitje. Dus onze beslissing was snel genomen, ferry geboekt van 17u, Steward Island here we come!
Alvorens we daar vertrokken, zijn we nog een bezoekje gaan brengen aan Henry. Henry is een 125 jarige Tuatura. In het Kiwi Birdlife Center hadden ze ons gezegd dat hij een 21 jarig vriendinneke heeft.
En hier nog wat kleintjes
Steward Island is één van de grootste eilanden van Nieuw Zeeland. Het ligt zo een 30 kilometer ten zuiden van het Zuid Eiland. In 2002 heeft men 85% van het eiland herkend als het Rakiura Nationaal park. Het heeft een permanente populatie van rond de 400 waarvan het merendeel in het stadje Oban woont, dit is ten oost, noord-oost van het eiland. In dat Rakiura Nationaal park, willen wij een drie daagse wandeling gaan maken. Eigenlijk wilden we eerst een 10 daagse doen, maar aangezien we al de 6e November zijn en we nog heel het Noord Eiland willen zien, hebben we toch maar voor de drie daagse gekozen. (Zoveel te zien... zo weinig tijd :-() . De wandeling die wij gaan maken, heet het Rakiura Track en is eigenlijk een kleine voorsmaak van de rest van het eiland. De tocht omvat 30 km door mooie bossen en via schitterende stranden. Overnachten kunnen we in twee hutten die we tegen komen onderweg.
Inkopen gedaan zodanig dat we eten hebben voor die drie dagen en dan op naar Bluff, daar vertrekt de ferry om 17u naar Oban.
De tocht heeft ongeveer één uurtje geduurd en was nog heviger dan de tocht tussen het Noord en het Zuid eiland. Deze keer echter alles kunnen binnenhouden, joepie! :-D
Onderweg een albatros gezien in volle vlucht. Bijna aangekomen op het eiland, stopt de boot opeens. Iets verderop was er een walvis in het water, helaas zagen we alleen het water dat hij omhoog spoot. Hij had geen zin om zich te laten zien, vermoed ik.
In Oban zijn we naar “Steward Island Backpackers” hostel gegaan, ons aangeraden door François, iemand die we hadden leren kennen in de Butterfly Lodge. Daar deelden we de keuken met een school uit Christchurch. Één van de leerkrachten dacht dat ze in België allemaal frans praatte, die illusie hebben we ook weer eens uit haar wereld geholpen. We hebben mogen meegenieten van hun dessert : fruitsalade en pudding uit pakjes :-), joepie, lekker en gezond eten! Dat is eens wat anders dan eten uit blik ! En we hadden nog meer geluk, zij gingen in de buurt waar onze tocht begint, morgen een korte wandeling maken met de kinderen dus we mochten mee met de bus tot daar!
Een van de leerkrachten vertelde dat hij vroeger een steward (mannelijke stewardess) was, en dat mannen hem vaak scheef aankeken. Zo kwam er eens een rugby team op het vliegtuig… en hij wist dat het een ruwe vlucht ging worden, want ze waren net door een onweerszone gevlogen, en deze zou erger worden. Alle stoere rugby-macho’s keken op hem neer en maakten grapjes over hem. Toen ze in het onweer vlogen… schudde het vliegtuig wild heen en weer… en het was opeens muisstil! De steward was samen met zijn collega’s vollop in de weer om alle kotszakjes op te halen. En om de stoere macho’s een hak te zetten, deed hij achterin het vliegtuig een potje fruitsla open, kapte de inhoud in een kotszakje… en liep hij, terwijl hij dit zakje leeg lepelde, door het vliegtuig. Daarna waren ze niet meer aan het lachen. ;-) (hmm, krijg er honger van ;-)(Reinhart he!))
Na wat gekeuvel met de leerkrachten, kwam er opeens een meisje van 12 af dat tegen haar leerkrachten zei dat ze naar haar kamer wou. “Geen denke aan”, zei de hevigste onder de leerkrachten. “Wees maar wat sociaal, hier bijvoorbeeld met deze vriendelijke vreemdelingen, stel hen eens wat vragen”. En opeens stonden er een vijftal pubers rond ons met een heleboel vragen. Reinhart genoot van uitgehoord te worden ;-). Ik denk dat ze wel zeker een half uurke rond ons gestaan hebben en ondertussen wisten ze alles over ons. (alleen onze leeftijd dat mochten ze niet vragen van een vrouwelijke leerkracht... (alsof ze niet mogen weten dat wij beiden 20 jaar zijn ;-))) Aja, volgens één van de jongens was België super mooi. Toen vroegen we: “a, ben je er al geweest dan?” “Neen” was het antwoord. (we dachten het al... super mooi is nu niet direct een omschrijving die je aan ons kleine landje zou geven)



























