Omdat we geen zin hebben om een lunchpakket mee te sleuren, gaan we eerst eens goed uitgebreid ontbijten in Te Anau zodat we er weer even tegen kunnen. Over 3 uur vertrekt onze boot, dus tijd genoeg om te eten en om daarna nog de 20 km naar de vertrekplaats te overbruggen. In de enige plaats die open leek vandaag (aja... feest van de arbeid) bestellen we een thee’tje en een maaltijd, de thee nemen we mee naar een tafel met een stopcontact in de buurt. We zitten een beetje achter op onze blog dus ideaal om nog een dagje toe te voegen :-). Opeens komt de serveerster langs (ze brengt het eten van de mensen die aan de tafel langs ons zitten) en roept nogal ruw over die tafel heen naar ons “Heb je eigenlijk gevraagd of je dat stopcontact mocht gebruiken?” Wij een beetje verbaast (normaal vragen we het altijd en krijgen we altijd de reactie “maar natuurlijk… je eet of drinkt hier toch iets…”) “Euh… nee, dat is uit onze gedachten geslopen deze keer...” Uiteindelijk was het dan toch goed voor haar want we dronken daar iets…*zuchtje* Het feit dat ze dat vroeg, vonden we niet zo erg maar de manier waarop… al roepend over een andere tafel en enorm ruw. En wij waren niet de enige die daar zo over dachten want toen ze weg was, zeiden de mensen van de tafel langs ons: “amai, die is precies met het verkeerde been uit bed gestapt”. Goed, wij doen gewoon verder… wachten op ons eten… Anderhalf uur later… nog altijd geen eten. Wij eens gaan horen aan de kassa. Hadden ze ons eten al aan iemand anders gegeven blijkbaar. Wij reclameren dat we onze boot moeten halen en dat we geen tijd meer hebben! Ze gingen onze maaltijd direct klaarmaken en gaven ons nog een gratis thee voor twee om ons koest te houden. Pfff, op die moment voelden we ons wel wat geïrriteerd: eerst is die serveerster “ik weet niet hoe grof” en dan geeft ze ons eten ook nog weg… En als we onze boot missen… dat zou pas weggegooid geld zijn!
Toen we ons eten kregen… hebben we snel gegeten en zijn we vertrokken. Gelukkig hadden we nog juist genoeg tijd om ons gerief bij elkaar te zoeken. Onze cruise kan beginnen :-D!
Eerst hebben we een 50 minuten durende tocht op het Lake Manapauri. Een schitterend meer met redelijk wat kleine eilanden in. In het diepst e gedeelte van het meer is het 444 m diep. Het water van dit meer is zeer helder. (zoals op zovele plaatsen hier eigenlijk)
Aangekomen in West-Arm, wacht er een bus op ons. Daar is er ook het grootste hydro powerstation van Nieuw Zeeland. Deze zijn we echter niet gaan bezoeken. Raar hé, met zo een energie pipo aan uw zijde :-).
Maar, om jullie toch een idee te geven, hier een schets van hoe deze waterkrachtcentrale er uit ziet:
Tot zover de energie pipo aan het woord, nu kan ik weer verder met mijn verhaal :-).
Dus wij de bus op, de 22 km lange Wilmot Pass Road trotseren. Onze buschauffeur, John, was een vriendelijke man, die ons ook onderweg allerlei leuke weetjes heeft verteld over de weg, de omgeving en de planten. Een paar dingen die ik nog weet:
• Het heeft twee jaar geduurd eer de Wilmot Pass road af was. Dit had vooral te maken met de moeilijke bereikbaarheid van de weg (altijd via het Lake Manapauri of via de zee) en de extreme weeromstandigheden. Hierdoor is het ook de duurste weg in Nieuw Zeeland (1 dollar of 10 dollar (we weten het niet meer zeker) per cm. Wetende dat het hier om 2,5km weg gaat…). Voor het gebruik van deze weg, moeten de bedrijven nu nog altijd een bepaald jaarlijks bedrag betalen.
• Het is ook de meest afgelegen weg in Nieuw Zeeland. Geen enkele andere weg staat ermee in verbinding. Je kan er alleen geraken via boot, zeer handig natuurlijk voor de bedrijven die tochten naar Doubtful Sound organiseren.
• Er is ook een uitgebreide verscheidenheid van gekleurde mossen aanwezig en vele watervallen onderweg.
De weg was bij momenten redelijk stijl en helemaal niet geasfalteerd, chapeau voor de buschauffeurs! Onderweg is John ook nog een paar keer gestopt. Op een van deze stopplaatsen hadden we normaal een super uit zicht op Deep Cove (daar wachtte onze andere boot op ons), maar zoals op de foto te zien, was het vrij mistig.
Aangekomen in Deep Cove. Het schip, de Fiordland Navigator wordt onze nieuwe verblijfplaats voor de komende 12 uur.
Bij aankomst stonden er muffins (met rozijnen in) klaar, gemaakt door de kok van het schip, heerlijk! Hoewel het koud en winderig was, stond Reinhart uiteraard meestal op het dek om van het uitzicht te genieten. Ik ging er regelmatig eens bij staan of bracht hem een thee’tje als ik weer wat opgewarmd was binnen.

Hebben we al gezegd dat het winderig is?
Ondertussen waren we al aan het einde van de Sound aangekomen, dus waar de sound in de Tasmaanse zee kwam.
Er stonden een paar activiteiten op voor de geïnteresseerden. Zee kajakken, een begeleide tocht met een kleinere boot en voor de durvers een duik in het koude zeewater. Maar aangezien de zee, op het einde van de sound nogal ruw was om te zee kajakken, zijn we verder gevaren naar een zijarm namelijk de Bradshaw Sound, in de hoop dat de zee daar wat rustiger was. Daar aangekomen was de zee inderdaad een beetje rustiger geworden en konden degene die interesse hadden toch gaan zee kajakken. Wij hebben gekozen voor de begeleidde tocht om wat informatie op te doen over de sound zelf :-) en omdat Jonas, onze natuurgids, veel interessants te vertellen heeft!
Zo liet hij ons weten dat er in de Sound het laatste jaar al twee witte haaien gezien waren. (gelukkig wisten de kajakkers dit niet op voorhand ;-) maar natuurlijk konden wij het niet laten om hen dat naderhand te zeggen :-p) Waarvan ene toch van een 7-tal meter. Verder hebben we ook nog keiveel informatie gekregen over de bomen en planten in de sound, maar helaas mensen, dat kunnen we allemaal niet meer navertellen… Verrassend vonden we wel om te horen dat er in de Sound een laag zoet water boven het zoute zeewater drijft. Deze laag is normaal een halve meter dik maar kan na een hevige regenbui drie à vier meter dik worden. Dit is dus een probleem voor de mosselen aangezien deze van plantaardig afval leven zoals algen in de zee en die komen nu dus niet voor door die laag van zoet water. Maar natuurlijk heeft de natuur daar een oplossing voor namelijk de dooie omgevallen rottende bomen die in het zoete water liggen, die geven de stoffen af waarvan de mosselen kunnen leven. Conclusie: hier zijn dan toch mosselen aanwezig, maar op de rottende bomen!
Aja, ik weet niet zeker of we het al gemeld hebben maar er is één klein dingetje dat ik verschrikkelijk haat hier in Nieuw Zeeland namelijk de ZANDVLIEG. Die beesten zijn erger dan de muggen bij ons, vallen je aan met 100 in ene keer en tegen dat je het door hebt (dus effectief voelt dat ze je bijten) is het al te laat…. Gevolg: de dag erna sta je vol dikke bulten die na twee/drie dagen megahard jeuken en als je er niet vanaf blijft (wat enorm moeilijk is) zwellen ze nog meer op en gaan ze nog harder jeuken…. Ok, dit gezegd te hebben, wist Jonas ons te vertellen dat als je 1000 keer gebeten werd door zandvliegen, dan bouw je een soort van immuniteit op hiertegen. Ze bijten nog wel, maar het jeukt niet meer zo erg. Helaas zijn er 26 VERSCHILLENDE soorten zandvliegen verspreid over heel Nieuw Zeeland :-( Onbegonnen werk dus… Ik dacht: ik laat me gewoon super veel keren bijten… maar als er 26 verschillende soorten zijn…. No way daar begin ik niet aan… Zoals bij de muggen bijten bij de zandvliegen ook alleen maar de vrouwtjes. Eigenlijk hebben deze geen bloed nodig om eieren te leggen zoals de muggen. Zonder bloed kunnen ze nog een tiental eieren per keer leggen terwijl met bloed worden dit er een honderdtal :- S. Ze leven alleen op regenachtige plaatsen waar er sterk stromende rivieren zijn (de westkust is dus ideaal voor hen!) Hoe eten deze beestjes nu? Awel, ze hangen zich met hun achterste poten aan een rots in de rivier en blijven daar een beetje wapperen in de stroming totdat er een plantaardig deeltje langskomt dat ze kunnen opeten en daar klampen ze zich dan aan vast (ondertussen houden ze ook nog de rotst vast he, voor degene die dit even uit het oog waren verloren ;-p)
Hier zijn ook speciale kleine bessen (de naam ontglipt ons) die lijken op bosbessen. Maar eet ze zeker niet zomaar op want de pitjes van deze bessen zijn extreem giftig. Voor de zoo in Auckland hadden ze vroeger eens een olifant geïmporteerd en de vrachtwagen waar hij inzat, passeerde langs zo een struik. Het beestje dacht “Hmm lekkere besjes” en griste er een paar mee. Ik hoop dat hij er van genoten heeft, want het waren zijn laatste besjes… Dit hield de Maori’s echter niet tegen om van deze bessen een soort van gelei te maken. Dit doen ze door de bessen samen te drukken en het geheel te zeven zodanig dat de pitjes er niet meer in zitten. Ik zou die gelei echter nooit willen proberen… want stel dat er een pitje doorgeraakt...
Tenslotte is er hier ook een boom, lancecwoods, die volledig van gedaante verandert na 20 jaar. Tijdens zijn jeugd produceert dit boompje heel taaie, harde, lange, smalle en puntige bladeren maar eens deze volwassen is, komen er ronde, lichtgroene, malsere bladeren op. Volgens de wetenschappers komt dit door de evolutie. Vroeger at de moa (die grote struisvogel, weet je nog) alles op wat hij kon vinden. Maar deze taaie bladeren waren niet interessant voor hem. Eens de boom meer dan drie meter hoog is, kan de moa er niet meer aan en is het voor de boom veilig om lekker sappige blaadjes te produceren.
Op onze terugweg naar het schip, hoorden we opeens een schel geluid. Wat is dat? Een pinguin die op zijn maatje riep. We zijn met de kleine boot op nog geen 2 meter kunnen naderen van het beestje en die leek zich niets van ons aan te trekken! Super was dat! Onze eerste ontmoeting met de Fiordland Crested pinguïn!
Aangekomen op het schip, vroegen de bemanningsleden wie wou gaan zwemmen. Reinhart vond het uiteindelijk toch maar iets te koud (alhoewel hij dit in het begin wel zag zitten) en toen puntje bij paaltje kwam, is er niemand gaan zwemmen (wat een stoere kerels zaten er op onze boot....)
Wij zijn nog snel de douche ingesprongen (want we waren door en door nat van onze tocht :-p) en daarna stond er een heerlijk, uitgebreid buffet op ons te wachten. Hier zouden we een hele paragraaf over kunnen vertellen, zo lekker was het!Kort samengevat: Reinhart heeft genoten van het vele vlees dat aangeboden werd en ik heb van (bijna... het was echt te veel) alles een beetje geproefd. Echt super lekker!
Na het avondeten gaf onze natuurgids wat meer uitleg over het ontstaan van Nieuw Zeeland. Blijkbaar hing Zuid Amerika, Afrika, India, Australie, Nieuw Zeeland en Antarctica aan elkaar in één super groot continent dat ze Gondwana noemen. Dit is van nog voor de tijd van de dinosaurussen. Dit super continent is door verschuivingen van de aardmantel opgesplitst in de continenten die wij nu kennen. Zo bestaat Nieuw Zeeland uit het “afval” van Australië. Doordat er een tektonische plaat onder Australië doorschoof, brokkelde Australië af en dan krijg je “steengruis” (maar dan véél groter). Na verloop van tijd is de stroming van de magma in het binnenste van de aarde verplaatst, waardoor dit “steengruis” zich van Australië weg bewoog. Dit werd later Nieuw Zeeland. Veel gesteenten die in Australië voorkomen, komen zo ook in Nieuw Zeeland voor. In het Zuid Eiland vind je bv goud terug. Op een bepaalde plaats in Australië ook. Best wel interessant al die tektonische verschuivingen. (na de presentatie had ik zo iets van... veel interessanter dan de lessen Aardrijkskunde van vroeger :-)).
Midden in de presentatie hoorden we opeens de motoren van het schip terug opstarten en begon Jonas raar voor zich uit te kijken. Ok na een halve minuut ging hij dan toch maar verder met de presentatie… echter na een paar minuten zegt hij opeens “misschien moet ik toch maar gaan kijken of ik geen extra lijn moet vastmaken”.
Wat was er dus gebeurd, terwijl wij de presentatie kregen: de hevige wind was een storm geworden en het schip was maar met één lijn vastgemaakt aan het anker. Normaal gezien is dit genoeg om het schip op zijn plaats te houden, maar nu vertrouwden ze het niet en wilden ze er een tweede lijn aan vast maken. Volgens Jonas was dit nog nooit eerder voorgevallen. Op de zee, in een hevige storm, zalig!
Zodus, verder met de presentatie: Wat is het verschil tussen een Fjord en een Sound? Een fjord is uitgesleten door een gletsjer, en vertoond een grote U-vorm, met rechte steile bergwanden. Terwijl een sound uitgesleten is door een rivier en daardoor een V-vorm heeft, met minder steilere wanden. Hoewel Doubtful Sound (Twijfelachtige Sound) een fjord is, noemde kapitein James Cook dit in 1770 verkeerd ;-). Hij koos deze naam omdat hij vanuit de Tasmanian zee naar de fjord keek, en hij twijfelde of hij er wel terug uit zou kunnen zeilen eens hij er in ging. Dit omdat de wind vanuit zee naar de fjord blies en hij wist niet hoe lang (dagen, weken, maanden,…) het ging duren voordat de wind zou omdraaien.
Nieuw Zeeland was vroeger een land vol bossen en vogels. Er leefden bijna geen zoogdieren. Daarom zijn de vogels gestopt met te vliegen en heb je hier zoveel loopvogels. Eigenaardig genoeg zijn de enigste oorspronkelijke zoogdieren vleermuizen. Doordat de meeste vogels op de grond leefden is nergens ter wereld de invloed van de mens zo nefast geweest als hier in Nieuw Zeeland. Met de komst van de mens werden er ook andere dieren geïntroduceerd. De Maori brachten de rat mee (die aten ze onderweg, maar die grote kiekens in Nieuw Zeeland smaakten beter). Gevolg: die grote kiekens (de Moa) zijn uitgestorven en de ratten jagen op de eieren van de kiwi en andere zeldzame vogels. Daarna kwamen de Europeanen, en die hebben alle bossen verwoest (net zoals ze in Europa deden). Ze brachten schapen, konijnen mee, en toen ze bont wilden produceren, hebben ze de Possum(volgens wikipedia vertalen ze dat in het nederlands naar koeskoezen) vanuit Australië meegebracht. Vergeleken met australie was het hier in Nieuw Zeeland een paradijs voor de possums. Het voedsel dat ze hier ter beschikking hadden was een zegen voor hun vacht. Een paar possums zijn echter kunnen ontsnappen en nu leven er meer Possums in het wild dan dat er schapen zijn (ze vermoeden 10 keer meer (en er zijn vier keer zoveel schapen in Nieuw Zeeland als mensen)). Het probleem met de possum is dat ze hetzelfde eten als de loopvogels én ze jagen daar boven op eieren en kuikens van bijvoorbeeld de kiwi. Een regelrechte ramp voor het eco-systeem hier dus.
De konijnen die losgelaten zijn, kweken uiteraard als konijnen waardoor er een konijnenplaag ontstond. De stoat (=hermelijn) is een natuurlijke vijand van de konijnen in Europa. Dus hebben ze er niets beters op gevonden om de stoat ook los te laten in Nieuw Zeeland om de konijnenplaag te bedwingen. En wat denk je… gaat die stoat jagen op een zeer snel lopend konijn? Of eerder op een loopvogel die gewoon blijft zitten en zich afvraagt wat dat beest is dat hij nog nooit eerder zag? Een tweede ecologische ramp. (aja, voor degene die het zich nog herinneren op donderdag 6 oktober hadden we het over “possum”-vallen dat klopt dus niet, dat waren stoat vallen.)
Een derde grote bosdoener zijn alle honden en katten die ieder mens graag houdt.
Een mooie dag waar we keiveel informatie hebben opgedaan. (waar we de helft nog niet van hebben beschreven :-)) Op naar ons bedje in de buik van de boot. (ons bedden lagen onder het water niveau ;-))




